Het wettelijk pensioen ligt al jaren onder vuur in ons land. Zo krijgt een gepensioneerde in de meeste van onze buurlanden tot de helft meer pensioen. Het gemiddeld pensioen voor een werknemer in België bedroeg eind 2020 volgens de FOD economie 1.210,98 euro. Als je dan weet dat een gemiddelde gepensioneerde iets meer dan 1700 euro per maand alleen aan een rusthuis uitgeeft, dan is duidelijk dat er een kloof bestaat. Gelukkig kan je wel sparen om je pensioen aan te vullen. Dat kan je op verschillende manieren via de tweede, derde en vierde pensioenpijler waarbij pijler 2 en 3 fiscaal ook nog eens gunstig zijn. In deze blogpost geven we je wat meer inzicht in de derde pensioenpijler.

Derde pensioenpijler

Je kan zelf een persoonlijk bijkomend pensioen opbouwen via de derde pensioenpijler. Deze pensioenpijler bestaat uit twee vormen van fiscaal sparen, het pensioensparen en het langetermijnsparen. Je kan pensioensparen en langetermijnsparen dus perfect combineren. Sterker nog: het zal niet alleen voor jouw pensioen mooi meegenomen zijn, maar het kan fiscaal zelfs heel interessant zijn!

 

  • Pensioensparen
  • Voor iedereen vanaf het moment dat men een inkomen heeft
  • Via je belastingaangifte krijg je 25% tot 30% van je bijdrage terug (zie verder).
  • Je betaalt geen premietaks.
  • Je betaalt een eenmalige, bevrijdende taks van 8% op de waarde van het contract, exclusief winstdeelname. Dat doe je ofwel op je 60ste verjaardag (bij onderschrijving vóór 55 jaar), ofwel 10 jaar na aanvang van het contract.

 

  • Langetermijnsparen
  • Afhankelijk van jouw fiscale situatie (zie verder).
  • Via je belastingaangifte krijg je 30% van je bijdrage terug (zie verder).
  • Je betaalt 2% premietaks.
  • Je betaalt een eenmalige, bevrijdende taks van 10% op de waarde van het contract, exclusief winstdeelname. Dat doe je ofwel op je 60ste verjaardag (bij onderschrijving vóór 55 jaar), ofwel 10 jaar na aanvang van het contract.

 

Hoeveel kan die aftrek bedragen?

Het bedrag van de stortingen dat in aanmerking komt voor de belastingvermindering is beperkt per jaar.

 

Pensioensparen

In 2020 (aanslagjaar 2021) heb je de keuze tussen:

  • de ‘klassieke’ regeling: maximaal 980 euro met een belastingvermindering die 30 % (+ gemeentebelasting) van het betaalde bedrag (d.w.z. maximaal 297 euro + gemeentebelasting) bedraagt
  • de nieuwe regeling: maximaal 1.270 euro met een belastingvermindering die 25 % (+ gemeentebelasting) van het betaalde bedrag (d.w.z. maximaal 317,50 euro + gemeentebelasting) bedraagt.

Het is niet mogelijk om een groter bedrag te storten. Maatschappijen hanteren welk vaak minimale maandelijkse bedragen van 30 euro of 50 euro per maand.

Opgelet: als je de limiet van 990 euro overschrijdt, wordt de belastingvermindering automatisch verlaagd van 30 % naar 25 %. Deze overschrijding is alleen voordelig als je meer dan 1.188 euro betaalt.

De fiscale aftrek wordt slechts toegestaan voor één contract pensioensparen per persoon, en is niet mogelijk na de leeftijd van 65 jaar.

 

Langetermijnsparen


Het fiscaal optimale spaarbedrag langetermijnsparen wordt berekend in functie van het netto belastbaar inkomen. Er is wel een absoluut maximum van toepassing, hetgeen in 2020 (aanslagjaar 2021) 2350 EUR per persoon bedraagt.

Je moet wel rekening houden met het feit dat de belastingsrubriek voor het langetermijnsparen ook dient voor de aftrek van je hypothecair krediet wanneer je dit krediet hebt afgesloten vóór 01/01/2016. Voor hypothecaire kredieten voor je eigen woning afgesloten na 1/1/2016 is dit niet van toepassing. Je kan in deze gevallen zowel de eventuele fiscale aftrek van je krediet cumuleren met een fiscale aftrek voor het langetermijnsparen.

Als jij en je partner samen belast worden, heb je toch elk afzonderlijk recht op dat maximumbedrag, op voorwaarde dat je elk een contract pensioensparen en/of langetermijnsparen hebt afgesloten.

 

Wil je hier meer over weten? We bespreken graag jouw persoonlijke situatie tijdens een gesprek!

2021-10-28T10:47:22+02:00